‘We zijn op de goede weg, maar willen nu doorpakken’
Sportaal uit Enschede is nog niet zo heel lang bezig met het organiseren van vitaliteitsactiviteiten, maar is goed op weg om de medewerkers een vitale werkomgeving te bieden. Vooral op het gebied van bewegen en voeding zijn er stappen gezet en dat heeft ze onlangs het Vignet Vitaal Bedrijf opgeleverd.
Sportaal, dat 105 mensen in dienst heeft, richt zich erop de inwoners van Enschede te verleiden tot bewegen. Dat doen zij door sport toegankelijk te maken voor iedereen, diverse sportactiviteiten te organiseren en veilige en schone sportfaciliteiten te waarborgen. “Omdat wij als Sportaal sporten en bewegen bevorderen, willen we dit uiteraard ook voor onze medewerkers doen”, vertelt Rianne Guichelaar, medewerker Mens & Organisatie bij Sportaal.
Het is namelijk niet zo dat iedereen die bij Sportaal werkt per definitie sportief is, zegt ze. “Dat beeld heerst vaak omdat wij een sportbedrijf zijn, maar er zijn ook collega’s die achter een bureau zitten of de hele dag op de tractor rijden om velden te onderhouden.” De functies bij Sportaal lopen uiteen van beleidsmedewerkers, verenigingsondersteuners, gym- en zwemleraren, onderhoudsmensen en projectmedewerkers tot mensen van de technische dienst. “We hebben eigenlijk alle smaken wel in dienst.”
Vaste activiteiten
Sportaal begon zo’n twee jaar geleden met het organiseren van eenmalige sportactiviteiten, zoals padellen, een uur baanzwemmen en deelname aan een hardloopwedstrijd. Inmiddels is een aantal van die initiatieven uitgegroeid tot vaste activiteiten. “Elke laatste vrijdag van de maand kunnen onze medewerkers samen tennissen en padellen. Daar is veel animo voor; iedere keer geven zo’n 25 collega’s acte de présence. Daarnaast doen we zes keer per jaar mee aan een kartcompetitie en wordt er elke donderdagmiddag door een aantal samen hardgelopen”, aldus Guichelaar.
Sinds enkele jaren faciliteert Sportaal ook de deelname aan twee hardloopevenementen: de Enschedese marathon en de Singelloop. “Wij regelen het inschrijfgeld en de kleding, zodat de hardlopers herkenbaar zijn voor de collega’s die ze komen aanmoedigen”, zegt adviseur Mens & Organisatie Katoeschka van Wijngaarden.
“Ook doen we sinds twee jaar mee aan een bedrijventoernooi softbal. De eerste keer werden we derde en vorig jaar zelfs tweede”, vertelt Van Wijngaarden trots. “Een groep collega’s uit het beweegonderwijs is daar goed in. Er wordt fanatiek aan meegedaan.”
Een andere manier om de collega’s te stimuleren in beweging te komen, is het zogeheten Vitaal Vervoer. Van Wijngaarden legt uit: “In onze cao staat dat de eerste 10 kilometer van en naar het werk niet worden vergoed; wij hebben laten vastleggen dat iedereen die naar het werk fietst of wandelt wel een vaste reisvergoeding ontvangt. Zo’n 90 procent van onze medewerkers woont binnen een straal van 10 kilometer van het werk en er zijn er best veel die van deze regeling gebruikmaken. Het zet mensen sowieso aan het denken, ook omdat het op jaarbasis voor een extraatje van 200 euro kan zorgen.”
Vitale lunch
Ook op het gebied van voeding scoort Sportaal een dikke voldoende, zo blijkt uit het rapport voor het Vignet Vitaal Bedrijf. “Begin dit jaar hadden we een vitale lunch op één van onze locaties”, aldus Van Wijngaarden. “Twee collega’s hebben toen allerlei gezonde dingen bereid en de anderen daarmee in contact gebracht. Denk daarbij aan gezonde pannenkoekjes, soepen, quiche en yoghurt met pindakaas. Omdat er ook collega’s op een andere locatie werken, hebben we een eigen bezorgdienst geregeld, zodat ook zij van de gezonde lunch konden genieten.”
Volgens de twee heeft dit initiatief erin geresulteerd dat er veel meer variatie aan lunch wordt meegenomen. “Aanvankelijk was het misschien maar één persoon die een gezonde groenteschotel meenam van thuis. Nu zie je dat steeds meer collega’s daar belangstelling voor hebben en nieuwsgierig bij elkaar in de broodtrommel kijken”, merkt Van Wijngaarden. Guichelaar: “Dat geldt niet meteen voor iedereen. Waar het bij de één vanzelfsprekend is geworden om gezonder te gaan eten, duurt het voor de ander wat langer om overstag te gaan. Als je het vergelijkt met anderhalf jaar geleden, zie je echt wel een verschil in eetgewoonten.”
Dat is ook Van Wijngaarden niet ontgaan. Een mooi voorbeeld vindt ze dat van een collega die zijn levensstijl helemaal heeft omgegooid toen Sportaal begon met het aanbieden van vers fruit. “Dat heeft hem zo aan het denken gezet over zijn eigen gewoonten dat hij structurele veranderingen in zijn leefpatronen heeft aangebracht. Hij is niet alleen gezonder gaan eten, maar ook meer gaan bewegen. Zo legt hij nu alle afstanden binnen Enschede lopend af, in plaats van met de auto.”
Structureel vitaliteitsmanagement
Sportaal heeft in korte tijd dus best wat bereikt op het gebied van vitaliteit. Nu kan er doorgepakt worden, benadrukken Guichelaar en Van Wijngaarden. Dat betekent dat er de komende tijd wordt gewerkt aan structureel vitaliteitsmanagement. “Door het Vignet Vitaal Bedrijf weten we nu dat we het best goed doen op het gebied van voeding en bewegen, maar die andere drie onderwerpen – roken, ADM en mentale balans – moeten ook aandacht krijgen”, zegt Guichelaar.
Het sportbedrijf focust zich op Warm Werkgeverschap. Dat betekent meer aandacht voor elkaar, met ruimte voor ontwikkeling en persoonlijke groei. “Een belangrijk onderdeel daarvan is hoe je het gesprek met elkaar aangaat en wat er voor nodig is om je veilig te voelen op de werkvloer”, vertelt Guichelaar. “Sinds kort maken we gebruik van cultuurcoaches, die als intermediair fungeren tussen medewerkers en leidinggevenden als een collega ergens tegenaan loopt. Dit staat nog in de kinderschoenen, dus het is nog even uitvinden welke bijdrage hiermee kan worden geleverd.”
“We hebben vorig jaar wel teruggekregen van de arbodienst dat ‘het goede gesprek’ beter wordt gevoerd. Mensen voelen zich meer gehoord en gezien. Dat is natuurlijk fijn om te horen en laat ook zien dat we op de goede weg zijn”, weet Van Wijngaarden. Guichelaar voegt daaraan toe: “Het begint allemaal met plezier in je werk hebben. Daar draait het volgens mij vooral om bij mentaal welbevinden op de werkvloer.”